Skip to main content

Vermaakscentrum Oberbayern

ZANDVOORT - In 1959 lag het gebied bovenaan de Zeestraat braak. In het toenmalige opbouw- en uitbreidingsplan van Zandvoort was deze plek aangemerkt als het Zandvoortse centrum voor amusement. Terwijl er in de jaren ’50 overal werd gebouwd bleef de kop van de Zeestraat een gapend gat, totdat er een Duits-Nederlands bedrijf, gespecialiseerd in verplaatsbare paviljoens, met het idee kwam om een amusementscentrum te verwezenlijken.

Zandvoort Oberbayern

{readmore}

Oberbayern
Het vermaakscentrum bestond uit het centraal gelegen “Oberbayern,” een galerij met tien winkeltjes en een dancing met de naam “Italia.” Op de vrijdagavond voor Pinksteren 1959 verrichtte de toenmalige wethouder G. Tates middels het doorbijten van een Duits lint van braadworsten de opening. De bedrijfsleider was de heer M. Cerni, die de kunst verstond het publiek te vermaken door het te betrekken in de activiteiten die hij organiseerde. Hieronder werden dirigeerwedstrijden en zangwedstrijden verstaan alsmede de verkiezing van een bierprinses. 

Grote Hollandse Feestavonden
Vrolijkheid en jolijt stonden voorop. Het was niet alleen Duitse jolijt, ook kwamen er “Grote Hollandse Feestavonden” onder de titel “Hup Holland,” met medewerking van het Hollands Boerenorkest “De Hooischelf” en onze eigen folkloristische dansgroep “De Wurf.” De Tiroler kapellen en boerenkapellen losten elkaar af en de bezoekers stonden in de rij om naar binnen te mogen.

Oberbayern Zandvoort

Het plan Bouwes-Visser
Ondanks het feit dat er voor ruim 700 man plaats was, was het regelmatig afgeladen en kon niet iedereen naar binnen. De grote financier achter het gehele Oberbayern-gebeuren was de Duitser Hornung, die in Hamburg en Bonn grote amusementscentra bezat. Het “Oberbayern” was een tijdelijk, houten paviljoen en men wilde maar al te graag een permanent gebouw neerzetten. Maar het plan Bouwes-Visser, dat in de bebouwing van de centrumboulevard, de huidige middenboulevard, voorzag, gooide roet in het eten van de plannenmakende Duitser. 

Het hele gebied ging op de schop
In 1963 werd bekend dat het “plan Bouwes” doorging en dat zou tevens het laatste seizoen van de "Oberbayern" feestavonden worden. Bij de bouw van het Bouwes Palace, het tegenwoordige Palace hotel, en het Dolfinarium werd het hele gebied op de schop genomen en was er geen plaats meer voor “Oberbayern.” Maar de bedrijfsleider Max Cerni gaf niet op.

Bierviltje Oberbayern Zandvoort

Plannen voor een pier
In 1969 waren er grootse plannen voor de aanleg van een pier ter hoogte van de kop van de van Lennepweg. Door het regelmatig uitstellen van de pierplannen bleef het terrein aan de kop van de van Lennepweg braakliggen. Cerni diende een plan in bij de gemeente om hier voorlopig weer een houten paviljoen neer te zetten dat aan het einde van het seizoen weer kon worden afgebroken. Het zou plaats gaan bieden aan 2000 bezoekers. In het voorstel was verder opgenomen een permanente zomerkermis rondom de tent te houden zodat kermisexploitanten een aantal maanden op dezelfde plek konden blijven staan. 

Vermaak was van een te laag niveau
Maar dit plan liep jaren vertraging op omdat de toenmalige burgemeester A. Nawijn het vermaak van een te laag niveau vond. In 1972 werd het uiteindelijk toch toegelaten na goedkeuring door de gemeenteraad maar al snel begonnen er klachten van geluidsoverlast te komen van de omringende flats. Er ontstond een ordinaire ruzie tussen de Duitse exploitatiemaatschappij en het gemeentelijke college wat leidde tot bijzonder negatieve berichtgeving in de Duitse pers.

Oberbayern Zandvoort

Geen Kermesse d’été met 62 attracties
Na een uitermate teleurstellend jaar keerde de heer Cerni Zandvoort de rug toe. Van zijn uiteindelijke plan om een vermaakscentrum in Zandvoort neer te zetten met eromheen een kermesse d’été met 62 attracties was niets terecht gekomen. De kans om een pretpark in Zandvoort te krijgen verdween hiermee.

Cor Draijer

Dit artikel is maart 2004 verschenen in het weekblad "De Zandvoorter"