Skip to main content

De Blauwe Tram

De geschiedenis van de Blauw Tram gaat terug tot 1894. In dat jaar vroegen de heren Van den Arend en Van der Steur vergunning voor de aanleg van een elektrische tramlijn Haarlem-Zandvoort, die hun in 1897 verleend werd. Tevens kregen de heren Anderheggen en Neumeyer vergunning voor een lijn van Haarlem naar Amsterdam. In de concessies was de bepaling opgenomen, dat beide lijnen op elkaar konden worden aangesloten.
{youtube}FxwVusoV8Pw{/youtube}

E.N.E.T.
In april 1898 werd de Eerste Nederlandsche Electrische Trammaatschappij (E.N.E.T.) opgericht en in december 1902 werd de Electrische Spoorweg Maatschappij (E.S.M.) opgericht. Op 1 juli 1899 vond de officiële opening plaats van de lijn Haarlem-Zandvoort. Het materiaal voor deze lijn bestond aanvankelijk uit 8 motorrijtuigen, 5 dichte en 2 open volgrijtuigen. Van juli tot december 1899 werden 196.366 passagiers vervoerd. Mocht de populariteit voor het nieuwe vervoermiddel in het begin nog niet groot zijn, later werd dat anders en zo zijn er in de loop van ruim 58 jaren tussen Amsterdam en Zandvoort circa 300 miljoen passagiers vervoerd.

Tramstation Zandvoort

E.S.M.
Op 4 oktober 1904 vond de officiële opening plaats van de lijn Amsterdam-Haarlem, geëxploiteerd door de Electrische Spoorweg Maatschappij (E.S.M.). De aanleg van deze lijn was in handen van de firma J.G. White en Co te Londen. De E.S.M. was al sinds 1 juli 1904 ook de exploitatie van de lijnen der E.N.E.T. gaan verzorgen. De aansluiting te Haarlem was vrij eenvoudig, daar beide lijnen dezelfde spoorbreedte hadden (1 meter). Tussen Amsterdam en Haarlem werd een 10 minutendienst onderhouden van 8 uur 's morgens tot 9 uur 's avonds; vervolgens werd tot middernacht om de 20 minuten gereden. Met ingang van de zomerdienstregeling 1905 kon men rechtstreeks van Amsterdam naar Zandvoort doorrijden.

{youtube}2XUlzui1e7Q{/youtube}

 

Métallurgique
Voor het traject Amsterdam-Zandvoort waren 34 motorrijtuigen beschikbaar, vervaardigd door de firma "Métallurgique" in België. Vandaar, dat deze wagens met de naam "Métallurgiques" werden aangeduid. In het eerste volledige exploitatiejaar (1905) werden 1.563.998 reizigers vervoerd. In 1956 waren het er 7.059.000, dus bijna 5 maal zoveel. In het begin kostte een enkele reis Amsterdam-Zandvoort f 0,60 en een retourtje kostte 85 cent. Reeds kort na de opening van de lijn Amsterdam-Zandvoort nam het vervoer op Haarlem en Zandvoort sterk toe; vele Amsterdammers vestigden zich in Heemstede en Aerdenhout en tevens kwam Zandvoort als badplaats in trek.

Wachthuisje blauwe tram te Zandvoort

Uitbreiding van het wagenpark
Dat de Blauwe Tram voor de opkomst en bloei van Zandvoort van groot belang is geweest, behoeft geen betoog. Intussen bleef het personenvervoer op Haarlem en Zandvoort zich in stijgende lijn bewegen en zo besloot de E.S.M. tot uitbreiding van het wagenpark. In 1918 werden 5 motor- en 9 aanhangrijtuigen afgeleverd, gebouwd door de "Koninklijke Fabriek van Rijtuigen en Spoorwagens J.J. Beynes" te Haarlem. Het waren ook inderdaad koninklijke wagens en ze behoorden tot de meest luxueuze van alle tramrijtuigen, die ooit in ons land hebben gereden. 

Firma Ganz en Co.
In 1924 verschenen de zware Boedapesters, gebouwd door de firma Ganz en Co te Boedapest. Het waren in hoofdzaak stalen rijtuigen met midden-instap. De Boedapesters waren veel sneller dan de andere typen. Het was altijd een sensatie, wanneer de stoomtrein naar Zandvoort, die toch altijd 60 km reed, werd ingehaald. De concessie in 1904 verleend aan de E.S.M. om gebruik te maken van de gemeentelijke trambaan in Amsterdam liep in 1954 af. Wel werd deze concessie tijdelijk verlengd, maar de gemeente Amsterdam wilde de lange tramtreinen niet meer in de binnenstad toelaten.
Blauwe tram te Zandvoort bij de Prinsesseweg

Laatste tram
In de nacht van zaterdag op zondag 31 augustus - 1 september 1957, vertrok van het Spui te Amsterdam, omstuwd door een ontelbare menigte, de laatste tram naar Haarlem. De enorme belangstelling langs de gehele route, ondanks het nachtelijke uur, was wel een bewijs, dat het hier niet om een gewoon afscheid ging. De tramlijn, in menig opzicht een unicum in ons land, was voor velen een begrip. Hoeveel volwassenen hebben niet als kind, gewapend met schep en emmertje, de hoge forse wagens beklommen met het prettige vooruitzicht een dagje aan zee door te brengen? 

Klik op het plaatje hieronder om de blauwe tram in actie te zien

Filmpje staat op youtube en is niet van het Genootschap

{youtube}MT1tB0tPmxc{/youtube}

Cor Draijer

Dit artikel is verschenen op 3 maart 2004 in het weekblad "De Zandvoorter"